In de voorgaande blogs sprankelt ons enthousiasme. Maar een enkele keer kan het, zelfs in de Pacific, wat tegenzitten en komen we terecht op een plek waar het minder leuk is dan we dachten. Voor alle eerlijkheid nu dus ook een keer een verslag van een tegenvaller.
Suwarrow is een atol in de Noordelijke Cook-eilanden. Op onze weg richting Nieuw Zeeland doorkruisen we het gebied van de Cook-eilanden dus het is logisch om minstens een van deze eilanden te bezoeken. Hierbij moet je een keuze maken tussen de noordelijke eilanden of de zuidelijke. Suwarrow als speciale bestemming in het noorden OF Palmerston, Aitutaki en het Beveridge reef in het zuiden. Een moeilijke keuze omdat beiden interessant en speciaal zijn. Wij kozen voor Suwarrow vanwege een aantal zeer lovende beschrijvingen van cruisers die ooit eerder Suwarrow bezochten. Suwarrow is een onbewoond atol dat de status "national park" heeft gekregen en de dagelijkse gang van zaken wordt waargenomen door twee park rangers. Omdat Suwarrow zo afgelegen ligt worden de twee park rangers er aan het begin van het seizoen met voorraden afgezet om na acht maanden weer te worden opgehaald. De park rangers zijn een soort manusjes van alles; ze houden de natuur in de gaten, ruimen aangespoelde troep op, ze verrichten het inklaren van bezoekende zeilboten, enzovoorts. Voorgaande cruisers rapporteerden dat de park rangers super geschikte vrolijke lui waren waarmee je veel lol kunt beleven en die je ook zouden meenemen op excursie, met je zouden gaan vissen en kortom zouden zorgen voor een zo'n aangenaam mogelijk verblijf. Wat we helaas ons te laat realiseerden is dat het dus eigenlijk de park rangers zijn die het verblijf op Suwarrow kunnen maken of breken en dat niet elk jaar dezelfde park rangers zijn die de honneurs mogen waarnemen...
Als een oversteek een indicatie zou zijn voor wat ons te wachten zou staan op de bestemming dan zouden we het hebben kunnen weten: Dit was namelijk onze vervelendste oversteek ooit! Er was te weinig wind om met conventionele zeilen te varen, de wind was op de eerste dag na te draaierig om met de Parasailor te varen, onze koers was geen mooie lijn maar een rare zigzag-koers. We hadden soms geen wind, dan weer een dikke squal, de wind draaide alle kanten op. Het leek wel een zeildril: Reven, ontreven, zeil erbij, zeil weer inpakken, Parasailor proberen, de wind draait weer de andere kant op, dus terug weer in de zak die Parasailor en de fok maar weer uitrollen. Nu draait de wind weer, dus dan maar gijpen. Dat ging niet alleen de hele dag zo door, maar ook gedurende de nachten. Maanloze nachten welteverstaan, want op een of andere manier zijn we altijd net aan een oversteek toe tijdens nieuwe maan. Heb ik de golven al genoemd? We hadden dermate rottige kruiszeeen dat Ilona voor het eerst in haar zeilcarriere flink zeeziek werd. De laatste twee dagen van de oversteek "stabiliseerde" de wind zich in een lichte tegenwind van zo'n 8 knopen. Nu kunnen we wel tegen de wind opkruisen, maar dan moet er ook echt voldoende wind staan. Maar met 8 knopen tegenwind begin je dus gewoon niks. Dus uitgeput en gefrustreerd gaven we het maar op, borgen de zeilen op en gingen we maar op de motor verder. Nu klinkt dat lekker relaxed, maar op de motor varen brengt ook weer bepaalde ongemakken met zich mee: Zonder zeildruk worden de bewegingen van de boot veel heftiger omdat de bewegingen van de mast (en daarmee de boot) niet meer door de druk in het zeil wordt afgeremd. Dieselmotorgedreun dat de stilte van de oceaan verkracht en af en toe wat dieselwalmen die door de wind weer terugworden geblazen richting boot dragen ook niet echt bij aan de vaarbeleving.
Moe maar helemaal blij dat we er zijn, varen we het atol Suwarrow binnen. "Hallo park rangers, hier zeilboot Omweg. We zijn net binnengekomen, zullen we zo het papierwerk komen doen?" roept Ilona vrolijk over de marifoon. "Wij komen straks naar de boot, jullie moeten blijven wachten tot we er zijn." is het antwoord. We zitten weer wat dichter bij de evenaar en de zon brandt genadig op de boot en omdat er geen wind is en we nu ook nog stilliggen loopt de temperatuur snel op. Het helderblauwe water rond de boot lonkt. "Ok, park rangers, ik begrijp dat we nog niet aan land mogen. Maar mogen we ondertussen wel even rond de boot zwemmen? We kunnen wel een kleine opfrissing gebruiken!" "Nee, jullie moeten op de boot blijven tot jullie zijn ingeklaard" is het niet zo sympathieke antwoord. Een hele tijd later komen de park rangers aan boord. We moeten onder andere een lijstje maken van alle alcoholische dranken die we aan boord hebben. Tot nu toe hebben we nog nooit autoriteiten aan boord gehad en vulden we zo'n lijstje ergens bij een balie in, als het al nodig was. Want de bedoeling van zo'n lijstje is om grijze import tegen te gaan, vanuit landen zonder accijns naar landen met een hoge accijns. Maar cruisers voeren doorgaans geen drank in: ze gebruiken hun voorraad voor zichzelf en wat er over is gaat weer mee naar de volgende bestemming. Het zou een beetje gek zijn als je voor een in de Carrieb gekochte fles rum in ieder land dat je vervolgens aandoet weer opnieuw accijnzen moet gaan betalen. Iedereen weet dat en normaal gesproken wordt een opgave van 1 fles wijn en drie blikjes bier met een knipoog geaccepteerd. Tot nu toe tenminste. Want zodra het lijstje klaar is vinden de park wachters, Harry en Pae, dat ze de boot wel even kunnen doorzoeken. We zijn niet echt bierdrinkers en hebben dan ook weinig bier aan boord. Maar wanneer er drie blikjes bier meer zijn dan is opgegeven dan willen ze die blikjes in beslag nemen! Ze vinden ook nog drie flessen wijn teveel. Toegegeven, diep onderin het ruim ligt nog veel meer aan contrabande, maar het gaat om het principe he? We hebben het ook nog over een onbewoond atol dus hoezo "invoer"? Ilona knippert met haar ogen en zegt lachend maar toch wel dringend "dat is een grapje, he?". Het heeft effect en we hoeven het niet in te leveren maar er wordt wel duidelijk gemaakt dat ze nu "iets tegoed hebben". Aha, zo werkt dat spel dus.. Andere cruisers die een paar dagen geleden aankwamen bleken minder succes te hebben, zij hadden per ongeluk een halve slof sigaretten te weinig opgegeven en die moesten ze echt inleveren. De volgende dag zagen ze een van de rangers dat merk roken...
Wanneer de vertoning klaar is worden ons de parkregels duidelijk gemaakt. We mogen niet zelfstandig naar de andere motu's omdat daar een rattenbestrijding aan de gang is. Er ligt gif op die motu's om de ratten te bestrijden die niet in dit gebied thuishoren en het plaatselijke ecosysteem bedreigen. Ik begrijp niet helemaal waarom we er dan niet zouden mogen komen: "Ik smokkel geen ratten mee in mijn zwembroek en ik beloof plechtig niet van het gif te snoepen" leg ik uit maar de park ranger ziet de humor er niet van in. We mogen ook niet vissen, duiken, of andere vormen van watersport bedrijven. Hmmm, er blijft dus niet zo gek veel over om te doen hier dus eigenlijk. We mogen wel op het strandje van het hoofdeiland waar de rangers wonen en dat precies voor onze ankerplek ligt. Het ziet er wel gezellig uit met wat zitmeubilair en twee van visnetten gemaakte hangmatten. Omdat de verhalen over excursies naar andere eilanden ons nog vers in het geheugen zitten, vragen we enthousiast of dat tot de mogelijkheden behoort. Ze kijken niet enthousiast terug en de zoon, Pae, roept "sixpack beers!" en dat blijft hij herhalen op andere vragen van ons.
We treffen het goed, want de andere boten (waarvan we het merendeel kennen) laten ons weten dat er om 17.00 uur op het strandje een "sundowner" is. Iedereen neemt wat drank mee en wat snacks. Het tijdstip is wat vroeg voor een sundowner omdat de zon hier pas volgens de "Cook-tijd" om 19.00 uur ondergaat maar ja, er is hier anders weinig te beleven he? Het wordt een gezellig avond maar helaas vertrekken al deze boten de volgende ochtend naar de volgende bestemming. We blijven achter met de Vlaamse boot "Vaguebond" die tegelijk met ons op Suwarrow is aangekomen en de boot "High flight" van een ouder Duits echtpaar dat hier ligt bij te komen van een longonststeking die de man heeft opgelopen na een afweerverzwakkende vaccinatie in een ziekenhuis in Tahiti. Het Duitse echtpaar houdt zich rustig en ze doen niet mee met het eten op het strand omdat ze liever tussen de middag eten. De volgende dag zijn we dus alleen met Vaguebond en voor het eerst in lange tijd praten we weer eens (een soort van) Nederlands met anderen! Het wordt gezellig maar om 22.00 uur verschijnt Pae om ons te vertellen dat we terug naar de boot moeten. Het is namelijk zondag en dat is een rustdag en... Tsja, voor ons ontgaat de logica maar we zijn hier te gast en als het gebruik hier is dat je zondagavonds na 22.00 uur niet meer gezellig mag zijn dan moeten we ons er maar op aanpassen dus we gaan zonder te mopperen terug naar onze boten. Wel wat gek dat wij Westerlingen ze het Christelijke geloof hebben opgedrongen en dat zij ons nu komen vertellen wat de zondagsregels zijn... ;-)
Ondertussen is ons duidelijk geworden dat er wel het een en ander veranderd is op Suwarrow. De bejubelde "Suwarrow Yacht Club", de onderverdieping van het dienstgebouw, is opgeheven en ingelijfd als persoonlijke ruimte van Harry en Pae. Ondanks herhaalde verzoeken om een rondleiding ondernemen de park rangers niets want ze zijn volgens hun zeggen geen "tour guides" en ze hebben het helaas veel en veel te druk. Iedere keer als we ze zien zijn ze of aan het zitten of bladeren aan het vegen van het terrein. We opperen nog dat we graag mee zouden willen helpen om op het andere eiland plastic op te ruimen dat daar helaas volop ligt maar ze zeggen het te druk te hebben en blijken het belangrijker te vinden om blaadjes van het zand af te harken. Het is maar wat je prioriteiten zijn he. In het water snorkelen blijkt ook minder leuk dan gedacht: we worden voortdurend gestalkt door haaien. Niet alleen door de ongevaarlijke black tips, maar ook grey sharks en die kunnen wel degelijk gevaarlijk zijn. We zijn inmiddels gewend aan de black tips die gewoon voorbijzwemmen en doen of ze je niet zien en elke confrontatie uit de weg gaan. Maar de grey sharks zijn anders: ze komen recht op ons afzwemmen, maken overdreven bewegingen wat aangeeft dat ze geirriteerd zijn en als we dan maar terugklimmen in de dinghy dan blijven ze wel een half uur lang om de dinghy heen cirkelen. Ook rond de boot wemelt het van de haaien: vaak tellen we wel acht haaien die binnen twee meter van Omweg zwemmen en kennelijk geleerd hebben dat cruisers soms etensresten overboord gooien. Meestal zijn het alleen maar onschuldige black tips, maar ook dat kunnen er uiteindelijk wel wat teveel van het goede worden.
De volgende dag arriveert er een nieuwe boot genaamd "Donazita". De park rangers doen gelijk vervelend en eisen dat de boot het gele vlaggetje hijst dat aangeeft dat ze nog niet zijn ingeklaard. Het is natuurlijk een maatregel die vooral nut heeft in grote havens waar het overzicht anders al snel verloren zou gaan. Hier liggen maar drie andere boten en iedereen weet wie de nieuwe boot is. Maar het gele vlaggetje wordt braaf gehesen en de boot wordt vervolgens ingeklaard. Naar goed gebruik zetten wij de traditie van de voorgaande boten voort en nodigen we de bemanning van Donazita uit voor een sundowner op het strandje.
Wanneer we op het strandje arriveren blijkt dat het zitmeubilair is verdwenen. Natuurlijk zijn we niet afhankelijk van zitmeubilair want op de meeste eilandjes die we hebben gezien is er niets anders dan een wit strand en dan nemen we zelf een kleedje of iets dergelijks mee. Maar nu hadden we op het zitmeubilair gerekend. Het is een wat regenachtige dag en wellicht hebben de park rangers de spullen binnengezet? Dat zou attent zijn! We gaan het even navragen bij de park rangers. Harry reageert gelijk geirriteerd en zegt dat we niet zomaar iedere dag op het strandje mogen zijn en dat we daar iedere dag opnieuw toestemming voor moeten vragen over de radio. Nou, die regel is bij niemand bekend maar we worden desondanks dringend verzocht om terug te keren naar onze boten. Verbouwereerd lopen we terug naar het strandje om onze spullen te pakken, maar precies wanneer we daar zijn breekt er een dikke plensbui los. We schuilen onder een palmboom, tot een paar minuten later Harry aan komt lopen, volledig over zijn toeren. We moeten terug naar onze boten, NU!!! We proberen nog te beargumenteren dat we dat precies aan het doen zijn maar dat het ons wel normaal lijkt dat we even de bui mogen afwachten, maar Harry wordt alleen maar bozer, schreeuwt en scheldt ons uit, Pae komt er bij en doet gretig mee. Ze dreigen met fysiek geweld en het zijn sterke mannen! Door het hele staaltje aan intimidatie verlaten we dan toch maar in de stromende regen het strandje. Dit was de eerste keer dat Donazita aan wal was en tevens ook de laatste keer. Ook wij en de bemanning van Vaguebond wil niets meer met Suwarrow te maken hebben. Helaas zijn de weersomstandigheden niet geschikt om te vertrekken dus we zullen nog een paar dagen moeten blijven. We maken er met zijn allen toch een gezellige boel van en de dagelijkse sundowners houden we nu op elkaars boten.
Het hele gebeuren doet een beetje denken aan (het verfilmde) psychologische experiment waarin een groep vrijwilligers wordt opgesplitst in een deel "gevangenen" en een deel "bewakers". Omdat de gevangenen niets te vertellen hebben en de bewakers niet aan controle onderhevig zijn verzinnen de bewakers iedere keer weer andere regels, precies zoals het hen uitkomt. Het loopt dermate uit de hand dat het experiment voortijdig moet worden afgebroken. Harry en Pae hebben zoveel regels ingevoerd die nergens omschreven staan dat de cruisers eigenlijk niets meer mogen en we vragen af of de autoriteiten wel weten wat hier gaande is. Suwarrow ligt afgelegen, zo'n 1000 kilometer van de andere Cook-eilanden en de park rangers worden hier aan het begin van het seizoen gedropt en na acht maanden weer opgepikt. Ze kunnen hier volkomen ongestoord en ongecontroleerd hun gang gaan en blijkbaar is niet iedereen even goed in staat om met de hen toegekende macht om te gaan.
Het wordt tijd voor een beetje tegengas. Via de kortegolfradio doe ik op het dagelijkse radionetje verslag van de situatie op Suwarrow. Een boot die al onderweg is naar Suwarrow verandert van bestemming en zet nu koers naar Niue. Het nieuws verspreidt zich razendsnel en iedereen die van plan was naar Suwarrow te gaan hoort wel van iemand dat er wat rare dingen aan de hand zijn. Mooi, nu kunnen Harry en Pae het strandje fijn voor zichzelf houden maar ze zullen wel aan hun superieuren moeten gaan uitleggen waarom het aantal bezoekers (en daarmee inkomsten) ineens zo fors terugloopt. Ondertussen stellen we ook nog een brief op aan de autoriteiten. Per kortegolf-verbinding sturen we de brief door naar een medecruiser die connecties heeft met de Cook-autoriteiten. Ook hier gaat het balletje rollen; de andere boten krijgen van de Cook-autoriteiten een email met vragen over de gang van zaken op Suwarrow. Mooi zo!
We weten dat er een aantal andere cruisers is geweest die het wel redelijk naar hun zin hebben gehad dit jaar in Suwarrow, ook al was vrijwel niemand laaiend enthousiast. wij hadden waarschijnlijk pech dat we op een verkeerd moment zijn aangekomen, wellicht waren er problemen thuis die de rangers hun gedrag zouden kunnen verklaren maar zelfs als de rangers geweldig zouden zijn geweest weten we niet of we hier wel opnieuw naartoe zouden zijn gegaan. Onze ervaringen in de Tuamotus waren geweldig en Suwarrow is precies eenzelfde soort atol maar dan met allerlei beperkende regels en eerlijk gezegd was het snorkelen in de Tuamotus veel beter! Bovendien is Suwarrow een stuk langer zeilen en we hebben Palmerston en Aitutaki en het Beveridge reef gemist omdat we kozen voor Suwarrow.
Zoals uit voorgaande verslagen valt te lezen hebben we bijna altijd positieve ervaringen in een land en worden we overal met open armen ontvangen. Dat het nu een keer eens anders verloopt, tsja, het hoort er kennelijk bij en het maakt het dan weer des te fijner om op landen aan te komen waar je dan weer wel als gast welkom bent. Na zo'n akkefietje ben je weer een ervaring rijker en heb je weer eens wat anders te vertellen, en later kun je er alleen nog maar om lachen.
Na twee dagen zijn de weerstomstandigheden geschikt genoeg om uit te varen en Suwarrow loopt leeg. We vertrekken met zijn allen naar Niue, het allerkleinste land ter wereld!