Inloggen

Oversteek naar de Kaap Verden Onze eerste echte oversteek

Dag El Hierro
Dag El Hierro
©
Oversteek naar de Kaapverden(Bekijk op de kaart)
Een laatste blik naar achteren op El Hierro. Het al hele kleine eiland (268 km2) wordt steeds kleiner.

Tijdens ons verblijf op El Hierro komt het naderende vertrek uit Europa regelmatig ter sprake in de kleine zeilersgemeenschap. Want wie naar het meest zuidelijke Canarische eiland El Hierro zeilt keert doorgaans niet meer terug naar de meer noordelijke eilanden maar heeft als volgende bestemming Afrika of de Caribbean op het programma staan. In de haven La Restinga kijkt de havenopening verlokkend uit op het zuiden, hier houdt Europa definitief op en wacht een oceaanoversteek.

Iedereen wacht op een gunstig "weather window" maar wat dat precies inhoudt is voor iedereen verschillend. Toen we aankwamen op El Hierro was het eigenlijk wel duidelijk; de wind zou gaan waaien naar het noorden en dan is vertrek naar het zuiden niet zo voor de hand liggend. Hoewel er juist toen we aankwamen een Nederlands stel bezig was te vertrekken. We konden nog net even gedurende vijf minuten kennismaken met Mark en Carolien voordat ze werden uitgezwaaid. In die korte tijd leerden we dat ze een afspraak hebben in Mindelo en nu al veel te lang hebben gewacht. Als de wind niet meewerkt zullen ze gewoon de motor aanzetten. Tsja zo kan het ook.

Ed en Megan zullen zondagochtend naar Gambia vertrekken. Onze andere buurman wacht liever op woensdag omdat volgens hem dan de zee wat gekalmeerd is van die rare zuidenwind.

Vertrek Ed en Megan
Vertrek Ed en Megan
©
El Hierro, La Restinga
Megan en Ed vertrekken met hun Flycatcher of Yar, 10 minuutjes voordat wij klaar zijn. Wij vinden hen heel stoer met hun ex-raceboot want die houdt niet over qua luxe. Het is een prachtige boot maar met een beetje wind en golven word je kletsnat en beschutte uitkijkruimte is er niet. We hebben tijdens de oversteek -zeker toen het later ruiger werd- veel aan ze gedacht en wij waardeerden onze droge Omweg extra.
Maar aan de andere kant is er voor zo'n oversteek ongeveer een week nodig en dat is al langer dan de houdbaarheid van een weersvoorspelling. Hoe langer we wachten hoe groter de kans dat de weerkaarten toch weer verdachte lagedrukgebieden gaan laten zien. Maar nu ziet het er voor een hele week goed uit!

Wij besluiten de boot klaar te maken en zondagochtend aan de hand van de allerlaatste weersinformatie de beslissing te nemen om wel of niet direct te vertrekken of nog wat langer te wachten. Onze buren Ed en Megan zijn aan het werk, wij zijn aan het werk. We ruimen het dek op en wat er overblijft sjorren we stevig vast. Bij hen speelt hetzelfde tafereel. Bij hen gaan de hoezen van de zeilen af, bij ons even later ook. Ze gaan de sleutels van de havenpoort inleveren en bieden aan die van ons ook maar gelijk mee te nemen. We geven de sleutels mee en ongemerkt is de beslissing om te vertrekken dus eigenlijk al gevallen. De weersinformatie ziet er nog steeds goed uit. Op een gegeven moment staat Ed te kijken of ie nog iets kan doen en vraagt aan mij: "Are you also running out of jobs?" Ik bevestig de vraag en ben er zelf verbaasd over dat alles inderdaad klaar is. "Nou ja dan, goede reis dan maar he?" Even later gooien zij de trossen los. Wij volgen 10 minuten later. Terwijl wij de haven uitvaren zijn zij al tegen de wind in gekeerd om de zeilen te hijsen. Als we achterom kijken zien we nog een boot volgen, de "Rock and Roll", een boot met mensen waar we geen contact mee hadden maar die onmiskenbaar ook de bestemming "zuid" hebben. Het stelt gerust dat er meerdere mensen zijn die dit een goed moment vinden om de oversteek te beginnen.

Direct al na de start vaart iedereen een beetje een andere richting uit. Het eiland El Hierro is een obstakel voor de wind en dat maakt de wind de eerste mijlen voorbij het eiland grillig en onvoorspelbaar. Ed en Megan hebben kennelijk een goede vlaag te pakken want ze racen er vandoor. Op de AIS kan ik zien dat ze ruim 6 knopen snelheid halen, terwijl wij nog worstelen met klapperende zeilen. In hun richting vinden wij geen wind, dus we besluiten meer naar het westen te koersen om meer naast het eiland terecht te komen. Onze strategie werkt uiteindelijk want een kwartier later krijgen we meer dan 20 knopen wind en Omweg spurt er met meer dan 7 knopen snelheid vandoor. Maar Ed en Megan verdwijnen al uit het zicht en ook hun AIS verdwijnt van ons beeldscherm. We roepen ze eigenlijk net wat te laat op want de verbinding staat een goede dialoog niet meer toe. Nou ja, "wish you all the best and fair winds" en dat is het dan. Ook de "Rock and Roll" zijn we kwijt want die bleven wat achter en gingen niet achter ons aan naar het westen. Ze hebben geen AIS dus we zien ze ook niet meer met onze apparatuur. Nu zijn we feitelijk alleen op de oceaan...

Volle maan
Volle maan
©
Oversteek naar de Kaapverden
De volle maan die precies na het ondergaan van de zon opkomt, zorgt ervoor dat we het gevoel hebben dat het helemaal geen nacht is.

In de nacht van zaterdag op zondag is de klok van zomertijd naar wintertijd gegaan. Maar in Kaapverdie doen ze sowieso niet aan zomertijd en houden gewoon altijd UTC-1 aan. Dit is ook eigenlijk de geografische tijdzone waar El Hierro in ligt (maar ze houden een "foute tijd" aan om de klok gelijk te houden met de andere Canarische eilanden) dus we besluiten onze horloges gelijk maar op Kaapverdiaanse tijd te zetten, dus twee uur verschil met de Nederlandse wintertijd. Niet al onze klokken trouwens, want op alle klokken van navigatie-, communicatie- en fotoapparatuur houden we gewoon altijd UTC aan. Dat is wel zo gemakkelijk en geeft minder verwarring.

De eerste twee dagen hebben we niet veel wind. De eerste spurt direct na vertrek was een plaatselijk effect door de nabijheid van de kust maar dat was al snel voorbij. Het lijkt voor leken prettig om niet zoveel wind te hebben maar prettig is het eigenlijk allerminst. De zeilen vangen een zuchtje wind, de boot begint wat snelheid op te bouwen, de wind valt even weg en klabam, door de inmiddels opgebouwde snelheid hebben we onze eigen tegenwind geschapen, een schijnbare tegenwind die de zeilen achteruit laat slaan. Door gebrek aan druk in de zeilen schommelt de boot ook veel meer. Zoals helaas iedere zeezeiler weet duurt het een of twee dagen voor je je helemaal fit voelt en zeker bij zo'n rommelige zee en schommelende boot ligt zeeziekte op de loer. We gaan zo min mogelijk naar binnen en houden ons koest. Voor dit soort lichte winden hebben we een Parasailor gekocht, een enorm zeil dat als een parachute voor de boot gezet kan worden. Maar we hebben dat zeil nog niet eerder gebruikt dus de eerste keer zal dat wel het nodige gedoe met zich mee gaan brengen. We voelen ons beiden niet fit genoeg om hier mee aan de gang te gaan dus blijven doormodderen met eigenlijk net te weinig wind. Natuurlijk zouden we de motor kunnen inzetten maar dat is strategisch gezien niet zo'n goede keuze in het begin van de oversteek. Je weet nooit of je de motor later in de reis nog eens echt nodig zult hebben en dan is het uitermate jammer als je in de eerste twee dagen al de helft van je dieselvoorraad erdoorheen hebt gestookt. Bovendien is motoren met het gedreun en dieselwalmen ook niet bevorderlijk voor de fitheid. We wachten het dus maar even af. Ondertussen maken we stiekem toch steeds wel voldoende voortgang en hoeven we niet ontevreden te zijn over ons daggemiddelde.

Relaxed varen met de parasailor
Relaxed varen met de parasailor
©
Oversteek naar de Kaapverden(Bekijk op de kaart)
We hebben het zeil 25 uur laten staan en deze 25 uur waren de beste van de hele oversteek. Er waren geen windgolven want er stond slechts een paar knopen wind en er was slechts een deining vanuit 1 richting. Fantastisch geslapen, enorm genoten van de wacht in de nacht. Dit zeil maakte het verschil tussen dobberend afwachten tot er genoeg wind kwam, de motor aan of heerlijk zeilen.

De wind zakt langzaamaan nog wat verder weg maar gelukkig voelen we ons nu inmiddels fit genoeg om de Parasailor te gaan uitproberen. Het kost even wat gedoe maar daarna hebben we ruim 100 vierkante meter parachutestof in de lucht hangen! Het geklapper is verdwenen, de boot maakt weer snelheid en het zenuwachtige geschommel is ook verleden tijd. We downloaden via de korte golf de meest recente weersinformatie en besluiten de Parasailor 's nachts gewoon te laten staan. Het wordt een heerlijke nacht! Degene die de "wacht" heeft slaapt buiten, onder een heldere sterrenhemel met uitzicht op de Parasailor. Het is volle maan, dus het lijkt zo licht dat je bijna kunt lezen. In ieder geval geeft het een fijn gevoel dat je gewoon alles om je heen kunt zien.

De "wacht houden" betekent dat je paraat bent om in te grijpen als de situatie dat nodig maakt. In de praktijk betekent het dat je met enige regelmaat (ieder half uur of zo) even kijkt of er geen ander verkeer aankomt, of de koers nog de goede kant op is, en of er nergens iets schuurt, rammelt of klappert. In die tussentijd kun je best even een dutje doen en we ontdekken al snel dat degene die wacht heeft onmiddellijk wakker wordt zodra de boot een ongewoon geluid of beweging maakt of de wind ineens aanzwelt. Eigenlijk geldt hetzelfde voor degene die "slapen" op het rooster heeft staan, maar dat is natuurlijk niet de bedoeling. Degene die mag slapen moet ook daadwerkelijk slapen en de boot aan de wacht toevertrouwen, maar ja, vertel dat maar eens aan je onderbewustzijn. Het door ons gekozen rooster blijkt desondanks goed te werken. Op deze noorderbreedte zit er nog maar weinig verloop in daglengte over de seizoenen; wanneer je klok in de goede tijdszone is gezet gaat de zon gewoon altijd om 18 uur onder en komt om 6 uur weer op. We hebben dan ook bedacht dat Ilona om 18 uur met zonsondergang gaat slapen, en dat ik om middernacht naar bed ga en Ilona de honneurs waarneemt. Zo hebben we allebei 6 uur onafgebroken slaap tijdens de duisternis en gecombineerd met wat hazenslaapjes tijdens de wacht krijgen we dan beiden voldoende slaap. Wie overdag nog wat extra wil slapen kan dat natuurlijk doen maar in de praktijk blijkt dat we daar allebei geen behoefte aan hebben.

De volgende dag zien we in de weersinformatie dat de wind de komende nacht zal gaan toenemen. Met tegenzin halen we aan het einde van de middag de Parasailor naar beneden. Dat blijkt nog niet zo eenvoudig te gaan en bevestigt dat we er goed aan hebben gedaan er niet mee te wachten tot het echt nodig is omdat het dan al te hard waait. Die nacht gaat het inderdaad zo hard waaien dat we blij zijn deze beslissing te hebben genomen. Het gaat zelfs zo hard waaien dat het een beetje spannend wordt. Gedurende mijn wacht zie ik de snelheid van de boot gestaag oplopen. We gaan al over de 7 knopen heen. En bij 7 kopen horen we eigenlijk toch echt wel zeil te minderen. Maar we lopen voor de wind uit, de boot helt niet, de bestuurbaarheid is dik in orde, en voorlopig hoeven we sowieso niet te manoeuvreren. Zeil minderen kan niet op deze koers dus als we nu willen reven dan moeten we van deze voordewindse koers af waardoor onze schijnbare wind nog verder toeneemt, en dan in het nachtelijke duister met de zeilvoering gaan prutsen. Het lijkt me beter om het maar even zo te laten en Ilona, die door het tumult nog steeds niet in slaap is gevallen, denkt er precies zo over. De voorspellingen zijn dat de wind weer zal gaan afnemen en dat blijkt later die nacht ook zo te zijn. Ondertussen tikken we regelmatig meer dan 7.5 knopen aan met als maximum 7.8 knopen. Omweg vliegt door het water en het is een spannend maar ook wel heerlijk gevoel. We horen het water om de boot sissen en we laten een kolossaal schuimspoor achter.

Zeeschildpad!
Zeeschildpad!
©
Oversteek naar de Kaapverden
Terwijl we eigenlijk filmen omdat we dolfijnen zien, hebben we het geluk dat er een schildpad voorbij kwam dobberen. Wat een grappig gezicht zo'n schildpad helemaal in zijn uppie midden op de Atlantic!

We zien steeds meer vliegende vissen. Dit zijn vissen die vinnen hebben in de vorm van een vleugel waarmee ze daadwerkelijk tientallen meters kunnen vliegen. Goed sturen kunnen ze helaas niet en ze schijnen dan ook regelmatig op het dek van zeilboten te belanden. Omweg is echter vrij hoog dus gedurende de hele week landt er maar één vliegende vis op de boot, die geluk heeft dat ik het zie gebeuren en door mij tijdig weer in het water wordt gegooid. Een tonijn die dom genoeg is om in het achter de boot aan gesleepte blauwe plastic octopusje te bijten treft een ander lot, want die belandt uiteindelijk in de pan. We hebben wat emotionele moeite met deze gang van zaken maar het is ecologisch gezien de beste manier om jezelf te voeden: er is geen diesel, plastic verpakkingsmateriaal, etc. aan te pas gekomen. Natuurlijker kan het niet. Die tonijn was kennelijk dol op het verslinden van schattige octopusjes en op hun beurt zouden dolfijnen of andere roofvissen uiteindelijk korte metten met onze tonijn gemaakt hebben. Op het water zijn we afhankelijk van de natuur en onderdeel van de natuur zoals we nooit eerder zijn geweest.

Ondertussen valt het met de "vrije tijd" bar tegen. We hadden verwacht om veel tijd over te hebben om te kunnen lezen enzo. Maar daar is gedurende deze oversteek niets van terecht gekomen. Een belangrijke reden is dat werkelijk alles dat we doen vele malen meer tijd kost dan normaal. Om een idee te geven:

Koken op zee
Koken op zee
©
Oversteek naar de Kaapverden
Gisteren hebben we tonijn gevangen en die is verdeeld over twee dagen. Vandaag het laatste stukje. Als je goed kijkt zie je het cardanische fornuis in werking; die staat schuin ten opzichte van de rest van de boot maar juist recht ten opzichte van de zwaartekracht. Het is jammer dat we geen goede foto hebben gemaakt want hij gaat vaak vele malen schuiner dan dit.
Eten en drinken
De maaltijden blijven relatief eenvoudig, dat spreekt voor zich. De grootste kunst is om het geen grote knoeiboel te laten worden. Je kunt niks neerzetten of het gaat zijn eigen leven leiden waarbij doorgaans de inhoud zich losmaakt van de verpakking. Het enige rustpunt is het fornuis: dat is namelijk een cardanisch fornuis dat de bewegingen van de boot volgt. Maar ja, de ruimte op het fornuis is maar zeer beperkt. Het brood (dat we ook nog zelf moeten bakken) binden we vast met elastische spanbanden op een rooster. Iets inschenken is onmogelijk: ook de vloeistof in de fles of fluitketel gaat golven ook al houdt je het nog zo stil. Gelukkig hebben we thermosflessen gekocht met handige kraantjes zodat we niet hoeven te schenken, maar het kokende water moet je natuurlijk wel eerst in de thermosflessen zien te krijgen. Die thermosflessen binden we dan ook eerst met spanbanden vast aan de keukenwand, maar zelfs dan is onmogelijk om het water erin te krijgen zonder dat er een fors gedeelte over de rand gaat. En dat waren alleen maar de voorbereidingen; je moet het ook nog consumeren. Eigenlijk kom je een hand te kort om zowel jezelf als je bord als bestek vast te houden. En bekers hebben de neiging om in een fractie van onoplettendheid een kamikazesprong te nemen. Zo verniel ik tijdens deze oversteek twee bekers. Als het in dit tempo doorgaat dan moet ik aan het einde van de volgende oversteek uit mijn handen drinken.
Afwassen
Op zee kunnen we in principe niets los op het aanrecht neerzetten. Dat betekent dat ieder glas, bord, of pan individueel volledig moet worden afgehandeld. Dus een bord eerst afwassen met zout water. Dan direct naspoelen met drinkwater. Gelijk afdrogen (want niets blijft vrijwillig in het afdruiprek spaan) en direct goed opbergen, liefst met papier of schuim ertussen zodat het niet staat te rammelen. Daarna het volgende bord. Het zou handig zijn als je twee borden tegelijk kunt opbergen maar waar laat je het ene bord terwijl je met het andere bezig bent? Noot: aan het einde van de week hebben we een goede oplossing gevonden; het afdruiprek past precies op het cardanisch fornuis en op die manier gaat afwassen perfect!
Naar de WC gaan
Hiervoor wacht je een strategisch moment af waarbij er zo min mogelijk golven zijn. Behalve je normale kleding heb je misschien een zeilpak aan en zwemvest en dat moet je eerst oplossen. Blijven zitten op de WC is soms een hele toer (staand plassen is sowieso geen optie want wat "beneden" is verandert voortdurend van positie!) De WC werkt ook al anders dan thuis want je moet de inhoud zelf naar buiten pompen. De kunst is om het hele gebeuren te hebben afgerond voordat je zeeziek bent geworden. O ja en niet vergeten je zeilpak en/of zwemvest na afloop weer aan te doen!
Email verzenden/ophalen
We doen dit via de korte golf. Kortegolf radio aanzetten. Modem aanzetten. Via een tabel proberen te gokken welke stations er op dat tijdstip bereikbaar zijn. Verbinding proberen te maken. Dit eventueel een aantal keer herhalen. Tijdens deze oversteek zijn we 's ochtends redelijk succesvol met een station in Zwitserland en 's avonds met een station in Canada. 's Middags lukt het niet om ergens verbinding mee te krijgen. Als we verbinding hebben dan zijn we blij als we 500 bytes per minuut halen, soms is het tempo slechts 50 bytes per minuut... Een klein emailtje zonder bijlagen kost vaak al meerdere minuten. Maar uiteraard zijn we blij dat het kan, dat we op die manier midden op de oceaan toch weersinformatie kunnen ophalen, en dat zonder hiervoor kosten te maken. Al met al kost alleen al het ophalen en bestuderen van de weersgegevens iedere dag toch wel ruim een uur.
Slapen in de hondenkooi
Slapen in de hondenkooi
©
Oversteek
Slapen
Niets lijkt gemakkelijker dan dat. Gewoon gaan liggen en je ogen dichtdoen, toch? Maar niet als je liggend van de ene naar de andere kant blijft rollen. Gedurende een oversteek slapen we in de "hondenkooi", een smal bed achterin de boot. Achterin omdat daar de beweging doorgaans het minste is. En je bent dan vlak bij degene die wacht heeft. We nemen veel kussens mee naar bed en de bedoeling is om zo breed mogelijk te gaan liggen zodat je achterwerk de ene wand raakt en je knieen de andere. Om te voorkomen dat die beurs worden duw je er kussens tussen. Ook je bovenlijf probeer je zo goed mogelijk in te bouwen. Voordat je lekker ligt ben je wel een tijd aan het prutsen. En daarna moet je niet te snel willen omdraaien want dan kun je weer overnieuw beginnen...

Gelukkig is het niet altijd zo! We hebben ook wat rustige dagen meegemaakt. Maar deze oversteek had nou eenmaal relatief veel onrustige dagen (wat ook de mening was van de andere zeilers). Dat had te maken met de voorgaande periode van rare winden, vervolgens te weinig wind om de boot te stabiliseren, en onze keuze om uiteindelijk voor de wind uit te gaan lopen om tijd te winnen.

De wind staat pal richting de Kaapverden. Dat lijkt gunstig maar is helaas toch niet zo fijn. Doordat de zeilen nu niet min of meer in de lengterichting op de boot staan maar overdwars doen ze weinig om het rollen van de boot te dempen. Het rollen wordt zo vervelend dat we besluiten de koers te veranderen. We gaan expres een afwijkende koerst varen zodat de boot veel rustiger wordt. In de gribfiles zien we dat de windrichting later in de week gaat draaien en we hopen dat we dan dezelfde truc kunnen uithalen maar dan in tegengestelde richting om zodoende toch comfortabel bij onze bestemming uit te komen.

Die bestemming is overigens nog niet helemaal duidelijk: zowel Mindelo als Sal zijn mogelijke opties. Deze eilanden liggen ver uit elkaar en we besluiten dan ook de keuze te laten afhangen van wat zeiltechnisch het beste uitkomt. Nu we meer naar het oosten varen begint Sal steeds meer een logische keuze te worden.

De volle maan die we in het begin gedurende de hele nacht hadden begint steeds later op te komen waardoor nu iedere nacht begint met volledige duisternis. Handig, want zo kunnen we hier ook geleidelijk aan wennen. Ook wel leuk trouwens, want nu zien we de oplichtende algen weer goed. De boot slaat met de boeg sterren uit het water en ook de dolfijnen worden verraden door de oplichtende sporen die ze achterlaten. Brekende golven exploderen uiteen in lichtgevend schuim. Het is een fascinerend schouwspel en voor je het weet is er al weer een fors deel van de wachtperiode verstreken tegen de tijd dat de maan opkomt.

Chillen op het voordek
Chillen op het voordek
©
Oversteek naar de Kaapverden(Bekijk op de kaart)

De wind begint te draaien maar draait helaas niet ver genoeg. Ondanks dat we nu ver naar het oosten zitten zouden we om Mindelo te bereiken de wind weer pal van achteren gaan krijgen. Nu het einde van de oversteek in zicht komt wordt het ook steeds duidelijker hoe ons tijdplaatje eruit ziet: Als we Sal willen aandoen dan is de kans groot dat we daar 's nachts aankomen. 's Nachts aankomen wordt overal afgeraden omdat boeien niet verlicht zijn, er vissersnetten in het water kunnen liggen, de kaarten nog van voor het GPS-tijdperk dateren en nooit zijn bijgewerkt en verraderlijke rotsen op andere plekken liggen dan de GPS aangeeft. Sneller varen gaat niet genoeg tijdswinst opleveren om aankomst bij daglicht te garanderen, dus de enige optie bestaat uit langzamer varen. Maar bij Sal gaat het meer dan 20 knopen waaien dus langzamer varen wordt ook wat lastig. Mindelo is een halve dag langer varen zodat we daar zonder af te remmen met daglicht aankomen en de weergegevens voor Mindelo zien er veel gunstiger uit. Het betekent dus dat Mindelo de beste keuze wordt maar dat houdt helaas wel in dat we maar liefst twee dagen met de wind pal van achteren moeten varen. Afkruisen kost teveel tijd en dan zouden we toch weer 's nachts arriveren. Nou ja, we zijn er bijna, dus maar even doorbijten nu.

's Nachts komt ineens de VHF radio tot leven. Het bereik is maar zo'n 50 mijl, dus dat betekent dat er iemand "dichtbij" is. Tot mijn verrassing hoor ik dat de betreffende zeilboot een andere zeilboot aanroept met de naam "Rock and Roll". Dit is een van de boten die samen met ons vertrokken is! De Rock and Roll kan ik niet horen antwoorden, maar wel de andere boot die kennelijk tussen ons in vaart. Ik roep die andere boot op en vraag ze de groeten te doen aan de Rock and Roll. Beide zeilboten zijn op weg naar Sal dus we zullen nu wel weer steeds verder uit elkaar gaan raken.

Mijlen verdwijnen
Mijlen verdwijnen
©
Oversteek naar de Kaapverden
Zittend in de kuip kijk ik vaak naar achteren en zo zie je mijl naar mijl achter je verdwijnen terwijl de golven van achteren op je inlopen en onder je door roetsjen. Een mooi gezicht dat een beetje vergelijkbaar is met het kijken naar vlammen in een open haard.

Dolfijnen, dolfijnen, dolfijnen! Op de een na laatste dag zitten we blijkbaar op een of andere route van migrerende dolfijnen. Het zijn er honderden en we zitten er urenlang tussen. We hebben nu ook meer tijd om te observeren wat ze nu precies met onze boot willen. Want dat ze iets met onze boot willen is wel duidelijk. Ieder nieuw groepje dat arriveert lijkt blij te zijn dat er een boot is en zwemt er enthousiast linea recta naartoe. Altijd naar de boeg. En als we over de boeg gaan hangen dan zit daar steevast een clubje dolfijnen voor. Ze zwemmen met hun staart 10 centimeter voor de boeg en bewegen daarbij nauwelijks. Ze maken gebruik van onze boeggolf om zonder inspanning vooruit te komen! Ze surfen als het ware op onze boeggolf! Het groepje wisselt regelmatig zodat meerdere dolfijnen een tijdje kunnen rusten. Soms zit er een oproerkraaier tussen: dat is dan een dolfijn die zich losmaakt van een groepje en overal kriskras tussendoor zwemt en anderen lijkt uit te dagen. Zo'n excursie eindigt vaak met een gigantische sprong en salto boven het water, en na een tijdje raak ik er goed in om te voorspellen welke dolfijn een sprong gaat maken. Op een of andere manier blijven de dolfijnen uitermate fascinerend. Ze laten dan ook een leegte achter als ze uren later ineens weer vertrokken zijn.

Regelmatig berekenen we nu de minimale en maximale snelheid die we moeten varen om met daglicht in Mindelo aan te komen. Dat is tussen de 4.5 en 5.5 knopen, dus dat is relatief gemakkelijk realiseerbaar. Soms valt de wind een uurtje lang in en halen we nog maar net 4 knopen, maar als de wind dan weer even aantrekt zitten we zo weer op 6 knopen snelheid. We proberen zo goed mogelijk om gemiddeld 5 knopen te varen zodat we een marge naar beide kanten houden. Hoe dichterbij we komen, hoe ruimer onze marges beginnen te worden, tot het uiteindelijk bijna onvermijdelijk wordt dat we precies rond het middaguur aan zullen komen.

Na een week op zee, uitzicht op Sao Vicente
Na een week op zee, uitzicht op Sao Vicente
©
Uitzicht op Sao Vicente(Bekijk op de kaart)
Na een week op zee is het leuk om land in zicht te hebben

Rond zonsopgang zijn we Mindelo al tot op 30 mijl genaderd en nog steeds zien we niets! De oceaanlucht moet omhoog om over de Kaapverden heen te waaien en tijdens dat omhooggaan ontstaat er waterdamp. Dat maakt de Kaapverden ("groene kaap") vochtig zodat het er leefbaar is en inderdaad groen kleurt. Maar tegelijkertijd zorgt het samen met het woestijnstof in de lucht voor een soort nevel die de archipel aan het zicht onttrekt. Het enige teken dat we land naderen is dat ik ineens stukjes zeewier in het zeewater voorbij zie komen. Zo moeten de ontdekkingsreizigers van weleer de eilanden hebben ontdekt, of ze zijn er simpelweg 's nachts tegenaan gevaren...

Mindelo ligt aan de zijkant van de archipel Sao Vicente, in een soort kanaal tussen Sao Vicenten en het naburige eiland in. Het kanaal heeft een soort trechtervorm en volgens onze pilot kan de wind er dramatisch toenemen. Ook is er een oceaanstroming die fors wordt opgejaagd tussen de eilanden. We besluiten dan ook om tijdig de zeilen te bergen en het laatste stuk op de motor af te gaan leggen. Het laatste stuk is woest met chaotische golven, het "IJsselmeer op steoriden" zoals onze ankerbuurman Mark later zal opmerken. Wanneer we eindelijk de baai indraaien zitten we direct in de luwte en hebben we glad water. De wind raast inmiddels wel met zo'n 25 knopen door de baai. Ondanks dat we geconcentreerd bezig zijn ontgaat het ons niet dat het er hier "vreemd" uitziet. Geen keurige boten meer maar hier en daar ligt er puur schroot voor anker. Er vaart een kleurig sloepje voorbij met allemaal zwarte mannen erin. Op de kaart staan gezonken schepen aangegeven die een gevaar vormen bij laag water maar desondanks niet worden geborgen of zelfs maar met een waarschuwingsboei worden gemarkeerd. Wellicht zijn er ondertussen nog wat meer wrakken bijgekomen dus we moeten goed uitkijken.

Nu ontstaat er wat verwarring. In de baai ligt een recreatiehaven maar ook een ankerplek. Wij willen het liefst gaan ankeren want daar is onze boot op ingericht. We hebben geen stroom of water van de kade nodig. Ankeren is gratis en de haven hier kost tegen de 30 Euro per nacht en dat is exclusief gebruik van elektra, water en douches. Maar in onze pilot en navigatiecomputer staat de ankerplek aangegeven in het noorden. Maar in het noorden zien we niet veel mogelijkheden om te ankeren. En de Nederlanders die we vorig jaar in Mindelo zagen liggen lagen toch ten zuiden van de haven voor anker, dat had ik op MarineTraffic gezien... In het zuiden liggen inderdaad drie bootjes, maar of ze aan een mooring of anker liggen kunnen we niet goed zien. We besluiten om toch maar naast de drie bootjes te gaan liggen en daar ons anker te laten vallen. De diepte lijkt goed. De operatie is wat spannend omdat met 25 knopen de boeg van onze boot direct wegwaait zodra we proberen stil te liggen maar even later liggen we toch keurig voor anker. Nu hebben we eindelijk tijd om er even bij stil te staan dat we onze bestemming bereikt hebben en nu in Afrika zijn! We halen een fles wijn uit onze koelkast (we hebben gedurende de hele oversteek geen alcohol gedronken) en proosten op deze mijlpaal!

DInghy bar
DInghy bar
©
Mindelo(Bekijk op de kaart)
Bij deze drijvende bar kun je vanuit de ankerplek met je opblaasbootje = 'dinghy' aanmeren. Een dinghy is je fiets/auto tijdens het ankeren! Tot nu toe zwommen wij altijd naar de kant maar dat is nu veel te ver en op deze plaats ook niet zo aantrekkelijk.

Omdat het zondag is mogen we wachten tot maandag met alle formaliteiten. We mogen dus gewoon hupsakee zo het land op. Ik vraag me af wat dan nog het nut is van de formaliteiten die ons de volgende dag te wachten staan maar in bureaucratie ben ik nooit een kei geweest. We pompen "Opweg" (onze bijboot) op en laten deze te water. Op de zeilboot naast ons staat een zwarte man te kijken en zwaait vrolijk naar ons. Zodra we de buitenboordmotor starten en wegvaren gebaart de man ons om naar hem te varen, hetgeen we natuurlijk doen. Hij komt uit Senegal en is ingehuurd om de boot op te knappen. Trots laat hij direct al zijn diploma's zien. Tsja, volgens onze cultuur een beetje gek maar het zal hier of daar wel zo horen. Wij laten onze diploma's niet zien maar vertellen gewoon wie we zijn. Het is een leuke vent en hij laat foto's zien van Senegal. Waarom we daar niet even langs zijn gegaan? We hebben het inderdaad overwogen maar je kunt helaas niet alles doen.

Even later stappen we weer in ons bootje en varen nu toch echt naar de kant. De dinghy-steiger is bij een drijvende bar, we besluiten om daar maar even een drankje te nuttigen zodat we even kunnen wennen. Bovendien hebben ze daar "free wifi" en als we eenmaal het wachtwoord hebben dan kunnen we daar vanaf de boot met ons wifikanon wel op afstand verbinding mee maken. Daar staat ineens Mark, de Nederlander die vertrok van El Hierro precies op het moment dat wij daar aankwamen. Hij had inderdaad niet zo'n goed weer gehad tijdens zijn oversteek maar de afspraak die hij wilde halen was gelukt. Hij raadt ons een restaurant aan en even later nuttigen we onze eerste maaltijd in Afrika.

Ons idee om te ankeren wordt interessant gevonden; de volgende dag zeggen Mark en Carolien hun havenplaats op en komen naast ons liggen. Goed voorbeeld doet volgen: De ene na de andere boot verlaat de haven en komt op de ankerplaats liggen. Het wordt gezellig op de ankerplaats, maar gezien de aard van het ankeren kunnen de boten niet te dicht bij elkaar liggen en blijft de privacy gewaarborgd. Ondertussen druppelen er steeds meer boten binnen die na ons vanuit El Hierro vertrokken zijn. Het is een vrolijk weerzien en inspirerend om de ervaringen en plannen met elkaar uit te wisselen. Maar nu lopen we vooruit op de zaken, laten we het nu eerst maar eens hebben over onze eerste kennismaking met Afrika.


Reacties

Naam:
Email:
Tekens over:


Ik moest aan Ed en Megan denken die zonder bescherming wind en regen bij 6 knopen moesten trotseren. Dan hebben jullie het beter voor elkaar. He, ik was blij om, lezend, na een week heelhuids te zijn aangekomen; indringend geschreven en zeer herkenbaar als je jaarlijks met dienstvrienden op Zeeuwse wateren zeilt.Het las als een avonturenroman. Je ziet, er zijn meerderen dan ouders en kinderen die dit lezen! Goede vaart!
2
0

Hallo samen .wat een avontuur he ,ik vind het heerlijk en heel interessant om jullie belevenissen te volgen en lees het met veel plezier .ga zo door ,geniet er van en van elkaar ,minstens zo belangrijk .bedankt alvast voor de mogelijkheid dit met jullie te delen .groetjes en succes verder .
1
0

Leuk dat je het leest EN een reactie schrijft Wilma, we hebben anders geen idee wie het lezen behalve natuurlijk ouders/kinderen. Dank je dus!
0
0

Wat een prachtig verhaal.Goed geschreven net een spanend boek.
2
0

Woh, wat een geweldig avontuur!!!
2
0

Frans en Ank Veldman
Geweldig ! wat een mooie foto's! als je het verslag leest krijg je soms het gevoel dat je meevaart!
2
0

contact